Zelfloosheid en individuatie
Hans Knibbe
Wanneer we leren vertrouwen in het non-duale Zijn, leren we onthechten van onze vorm, van wie we denken dat we zijn: de vorm waarvan we denken dat het onze authenticiteit is. Wie we denken dat we zijn, heeft zich ontwikkeld door reflectie van de omgeving. Het zijn beelden of ‘plattegrondinvullingen’ die we gemaakt hebben op grond van interactie met en feedback van de omgeving. Als we de beelden loslaten, komen we in de Zijnsgrond. In zekere zin lossen we op. Tegelijkertijd voelen we dat we ook heel present, warm en libidineus zijn. Vanuit zo’n positie kan er duidelijkheid ontstaan over wat we willen en wat we niet willen.
Hoe kunnen we – de zo aan elkaar tegengesteld lijkende – zelfontwikkeling in psychologische zin en onthechting van zelf in spiritueel opzicht begrijpen? In dit artikel probeer ik een antwoord te geven op deze vraag.
Voor een gezonde psychologische ontwikkeling is het belangrijk om een stabiel zelfbeeld en een stabiel beeld van de ander te ontwikkelen. Als het kind geen beeld kan hebben van iemand die hetzelfde is door de tijd heen, dan wordt zijn gedrag gedesorganiseerd. Dan is er een falen van zijn psychologische ontwikkeling. Dan krijg je de borderline psychotische stoornissen.
Zelfconstantie en objectconstantie, zoals dat in de psychologie genoemd wordt, zorgen ervoor dat je niet alleen jezelf stabiel kunt zien maar ook de ander. Dat je de volgende keer dat je dezelfde persoon tegenkomt weet wie dat is en niet dat hij volkomen onbekend voor je is. Dat zou een chaotische toestand zijn.
Psychologisch gesproken is het dus belangrijk dat we zelfconstantie en objectconstantie ontwikkelen. Dat zelfbeeld wordt, als het goed gaat in de ontwikkeling, steeds preciezer en genuanceerder. Hoe hoger je zelfbeeld is ontwikkeld, hoe realistischer je over jezelf wordt. Dat is dus zelfontwikkeling in de psychologische zin.
Als je kijkt naar ‘Zelfontwikkeling’ in spiritueel opzicht, dan lijkt dat er dwars op te staan. Als je bijvoorbeeld rust in de nature of mind – een meditatie waarbij je rust in de grond van je bewustzijn, dat in ons wat waarneemt – dan is daar geen zelfconstruct en anderconstruct aanwezig. Dus je manier van Zijn wordt niet gebundeld of ondergebracht in een zelf-en-anderrelatie oftewel subject-objectrelatie. Je merkt dat je geen betrekking aangaat. Het betekent dat wat je waarneemt eigenlijk niet buiten jou is en dat er geen waarnemer hier is die dat ziet. Het hele veld van bewustzijn toont zich als subject en object, als waarneming en waargenomene. Dus in de grond van je geest is de constructie van zelf en ander niet aanwezig. Als je mediteert of non-duale spiritualiteit beoefent, leer je te rusten in de plek waar het zelf niet gevormd wordt. Waar het zelf niet het dominante vormprincipe is van je bewustzijn.
Ondertussen is het in je handelen naar mensen en in hoe jouw intelligentie zich vormt belangrijk dat het zelfconstruct voldoende rijp is. Anders blijf je in de uitdrukking van de openheid steken in verbrokkelde manieren van reageren. Het specifieke van de werkwijze op de school voor Zijnsoriëntatie is dat we op beide vlakken werken. Je leert rusten in dat wat voorafgaat aan elk zelf- en anderconstruct én je leert je in je handelen en gedrag uit te drukken op het hoogst mogelijke zelfniveau dat je ter beschikking hebt. Dat is de training van je psyche. Er is de training van rusten in Gewaarzijn en er is de houdingstraining van de psyche. Waar je leert de nuances aan te brengen, leert je emoties toe te eigenen, met compassie leert kijken naar de ander zodat je niet in primitieve reactiviteit vervalt. Dat is volgens mij de enige manier waarop verlichting zich ook kan uitdrukken in de menselijke relatie met elkaar. Dat zelfloosheid dus compassievolle directheid wordt, in relatie met de ander. Daar is een goede zelfontwikkeling en hoogontwikkelde psyche voor nodig.
Wijsheid en vaardigheid zijn twee vleugels van verlichting. Dit is mijns inziens een gebalanceerd antwoord omdat het naar beide kanten wijst. In het boeddhisme heb je het idee van de twee vleugels van verlichting, waarbij de ene vleugel wijsheid is en de andere skillful means, dus vaardigheid. Je maakt dus iets wakker dat gegeven is in je aard (dat is wijsheid), maar dat wordt pas effectief als je ook je psyche ontwikkelt, je vaardigheid, je intelligentie, je ‘response-ability’. Ze versterken elkaar. In een non-duale retraite ligt de nadruk meer op de wijsheid, op het openen van de verlichtingskant. Maar onze begeleiding van mensen op het pad is veelal gericht op het verhogen van die psychologische vaardigheden bij de student. Het verhogen van zelfinzicht en communicatieve vermogens, bijvoorbeeld zo te leren communiceren dat je je punt duidelijk maakt zonder de ander te kwetsen en je aan kunt geven wat jouw behoeften zijn. Dat zijn hoge vermogens, dat is moeilijk en die komen niet vanzelf.
In een non-duale retraite benadrukken we rusten in Zijn, maar in Zijnsoriëntatie is dat geen doel op zich. We hebben een individuatievisie. Jouw vrije aard wil zich ook uitdrukken in de wereld. Je wilt gaan uitvinden wie je bent en wat voor leven bij je past. Deze individuatiedrang en -opdracht zijn een vrij nieuwe ontwikkeling in de psychologische geschiedenis van de mensheid. Want wat mijn vader en moeder en mijn verdere sociale omgeving mij hebben gespiegeld en gesuggereerd, zegt veel over hen, maar hoeveel zegt het over mij? Misschien heb je je leven opgebouwd, keuzes gemaakt die vooral voortborduurden op hun manier van zijn, maar merk je dat die niet bij jou past, dat je er boos, opstandig, moe of depressief van wordt.
Dan is het nodig dat je diepgaand onderzoek doet naar jezelf, je voorbij taboes en heilige huisjes durft te gaan en vooral je ongesteundheid durft te ervaren op de gebieden waar je ooit niet gespiegeld en gesteund bent door je ouders.
Het is mooi als je gelukkig bent op je kussentje. Dat is al heel wat. Maar dat is wat mij betreft niet genoeg. Ik denk dat we de hele maatschappij moeten verlichten. Om te beginnen bij hoe je omgaat met je partner en kinderen.
Vreemd genoeg stimuleert psychologische ontwikkeling onthechting. De ontwikkeling van een zelf verloopt van een primitieve structuur naar een steeds genuanceerdere structuur die steeds meer kan bevatten van wat er feitelijk in jou plaatsvindt. In een primitieve psychische structuur kun je jezelf bijvoorbeeld alleen maar identificeren met dat jij helemaal goed bent, en alles wat niet goed is wordt naar buiten geprojecteerd: anderen zijn slecht, ik ben goed. Naarmate je je meer ontwikkelt, kun je gaan zien dat waar je eerst helemaal samenviel, geïdentificeerd was met bepaalde gevoelens, nu in beeld komt als iets dat in jou plaatsvindt. Je bent die emotie niet meer maar je hebt die emotie. Waar je eerst mee samenviel wordt nu een element in jou waar je mee om kunt gaan. Dat heeft dus te maken met onthechting, een desidentificatie ten opzichte van waar je eerst mee geïdentificeerd was.
“Rusten in Zijn stimuleert zelfontwikkeling”
Zo stimuleert rusten in Zijn zelfontwikkeling. Als je rust in de aard van de geest, in dat in ons wat waarneemt, ervaar je dat die los is van elke identificatie. Je bent daar niet een zelf. Al die zelf-en-anderstructuren zijn daar niet aanwezig. Dat betekent dat van rusten in Zijn een enorme desidentificerende werking uitgaat ten opzichte van alles waarvan je dacht dat je het was. Dus dat proces van desidentificatie wordt daarmee versneld. In de openheid van de aard van je geest merk je dat er meer elementen van je psyche, vroeger onbewust verdrongen gevoelens, vrijkomen. De hemel en de hel worden wakker en als het goed is ben je daar dan minder mee geïdentificeerd.
Op die manier wordt die zelfontwikkeling gestimuleerd door de practice van rusten in dat wat voorafgaat aan elke identificatie. Zo is daar ook een verbinding, een stimulatie van de vrijheid naar wat je dacht dat je was.
Andersom zul je ook iedere keer dat je gevoelens die nog afgesloten of uitgeprojecteerd waren weet te herkennen, erkennen en toe te eigenen, merken dat de ruimte van jezelf enorm toeneemt. En dat je je in verbinding voelt op een manier die je daarvoor nog nooit gevoeld had. Dat betekent dat je je op dat moment dichter voelt bij de oorspronkelijke ruimte van je geest. Zo werkt het dus ook van de andere kant naar vrijheid toe. Zo hoort het wat mij betreft bij elkaar.
Verlichting, zelfloosheid wil geleefd worden. Als je niet uit je vertrouwde huisje durft te stappen heeft verlichting geen betekenis. Pas door individuatie uitdagingen aan te gaan wordt vrijheid van vlees en bloed en wordt zij vanzelf een compassievolle bijdrage voor de hele wereld.