Traditionele advaita versus neo-advaita
Dennis Waite
H et onderricht en de praktijk van de traditionele advaita zijn als een droomtermiet die de fundering van onze grootse illusie ongemerkt aanvreet tot het hele onwetendheidbouwsel zoveel kennisgaten heeft dat het instort. Ze functioneren binnen de context van onze actuele ervaring en vernietigen geleidelijk alles wat we ons verbeelden te zijn. Ze voorzien in oefeningen om te ontdekken dat we niet handelen, of dat we onze gedachten niet zelf voortbrengen. Natuurlijk zijn dit kunstmatige middelen die zelf ook een onderdeel van de illusie zijn, maar ze helpen om langzaam maar zeker de greep van onze misvattingen te verslappen.
Het woord ‘neo’ betekent ‘nieuw’ en dus is ‘neo-advaita’ onmogelijk. Advaita betekent ‘niet twee’ en refereert aan de non-duale realiteit die altijd was, is en zal zijn – onveranderlijk omdat verandering onvermijdelijk iets van het ene naar het andere moet zijn, wat tegenstrijdig is. Daarom kan er geen ‘oude’ en ‘nieuwe’ advaita zijn: er is alleen de waarheid.
Na dit gezegd te hebben is advaita een concept, een filosofische term in een taal die onvermijdelijk dualistisch is, ontwikkeld voor het gebruik in de wereld van verschijningen waarin ‘wij’ lijken te bestaan. Het advaita-concept bedoelt te refereren aan de niet-waarneembare realiteit die ten grondslag ligt aan alle verschijningsvormen. En, voor zover taal in staat is naar deze realiteit te verwijzen (liever dan ‘beschrijven’ wat onmogelijk is) zijn de woorden, gebruikt door zowel de traditionele advaita-leraren als de moderne ‘neo’-satsangleraren, in wezen dezelfde.
Maar de benaderingen lopen uiteen zodra er een poging gedaan wordt de ogenschijnlijke wereld en ‘mijn’ schijnbare plaats erin te rationaliseren met deze non-duale realiteit. Traditionele advaita refereert expliciet aan het fenomenale niveau – vyavahAra – waarin objecten en mensen lijken te bestaan en waarin sommige mensen zoekers worden en een pad naar zelfrealisatie gaan volgen. Neo-advaita-leraren proberen dit alles te ontkennen en hechten aan de realiteit, en alleen de realiteit – er is alleen ‘gewaarwording’ of ‘een verhaal’; er is niemand, geen zoeker, geen doener en geen pad. Er is niets dat gedaan kan worden om de niet-bestaande zoeker naar iets te leiden dat al hier en nu bestaat.
Het onderricht van traditionele advaita is geleidelijk. Het begint op het punt waar we geloven dat we zijn. Het erkent de identificatie met het lichaam-geestorganisme, met verlangens, angsten, enz., en tracht dit geloof stukje bij beetje te ondermijnen door gebruik van onbetwistbare logica en verschillende middelen die de overheersing van het ego proberen te verminderen. In tegenstelling daarmee probeert neo-advaita de waarheid van het probleem meteen op te dringen aan de onvoorbereide geest (en ontkent daarmee het hele bestaan van de mind), en biedt geen proces van een geleidelijk onderscheidingsvermogen of logische ontwikkeling. Ze zegt: ‘Dit is het’, en daarmee klaar! Het verbijsterde ego kan achterblijven met de intellectuele acceptatie dat het niet echt bestaat, maar blijft eigenlijk net zo krachtig als het altijd al was.
“Een droomleeuw kan ons helpen te ontwaken tot de ware realiteit”
Eens in de paar maanden verschijnt er een oude vriend in mijn dromen. We praten en gaan samen ergens naar toe en alles lijkt perfect normaal. Het enige probleem is dat deze vriend al meer dan dertig jaar dood is. Natuurlijk is mijn wakend ego zich hiervan welbewust maar mijn dromend ego niet. Niets lijkt vreemd in de droom. Als een droompersonage naar me toe zou komen en zou zeggen: “Kijk, dit kan je vriend toch niet zijn want die leeft niet meer”, zou ik waarschijnlijk iets antwoorden als: “Onzin! Ik zie hem toch. Denk je dat ik hem niet zou herkennen? Ik praat met hem en hij geeft me volkomen zinnig antwoord. Hoe zou hij dood kunnen zijn?”
Een van de metaforen die de klassieke advaita gebruikt met betrekking tot verlichting is die van de droomleeuw. Het idee is dat we gelukkig en wel verder dromen en alle gebeurtenissen als echt accepteren ongeacht hoe dwaas ze de ontwaakte later toeschijnen en ondanks dat niets in de droom ons helpt om te ontwaken tot de ‘realiteit’ van de waakstaat. Maar als we een leeuw tegenkomen in de droom die ons ziet, zich omdraait en aanvalt, dan worden we waarschijnlijk wel wakker. Er wordt gezegd dat een gebeurtenis in onze waak‘droom’ net als een droomleeuw ons kan helpen om te ontwaken tot de ware realiteit.
Het lijkt mij dat de neo-advaita-leraar eigenlijk net het personage in de droom is, die naar me toe komt en zegt dat ik me mijn vriend, tegen wie ik praat, verbeeld omdat die dood is. Die informatie gaat niet samen met mijn ervaring. Het schijnt dat ongeacht hoeveel zo’n leraar praat over hoe de dingen ‘werkelijk zijn’, dat er geen persoon, geen zoeker, geen bevrijding enz. is, het geen verschil maakt omdat de gebruikelijke ervaring doorgaat en in tegenspraak is met die bewering.
In tegenstelling daarmee functioneren het onderricht en de praktijk van traditionele advaita als een droomtermiet die de fundering van onze grootse illusie ongemerkt aanvreet tot het hele onwetendheidbouwsel zoveel kennisgaten heeft dat het instort. Ze functioneren binnen de context van onze actuele ervaring en vernietigen geleidelijk alles wat we ons verbeelden te zijn. Ze voorzien in oefeningen om te ontdekken dat we niet handelen, of dat we onze gedachten niet zelf voortbrengen. Natuurlijk zijn dit kunstmatige middelen die zelf ook een onderdeel van de illusie zijn, maar ze helpen om langzaam maar zeker de greep van onze misvattingen te verslappen.
De realiteit waar beide leringen over spreken zijn dezelfde – er is er maar één. En misschien is neo-advaita hier zelfs beter in omdat ze moderne taal gebruikt en geen Sanskriet termen die verwarrend zijn voor de westerse mind. Maar dit lijkt dan ook alles te zijn wat neo-advaitaisten doen. Ze ontkennen het niveau van verschijnselen waarin iedereen vastzit (waarschijnlijk inclusief zijzelf). Ze zeggen dat er niets gedaan kan worden om de onwetendheid te verwijderen omdat onwetendheid zelf ‘onderdeel van het verhaal’ is.
Traditionele advaita beweert in tegenstelling daarmee dat onwetendheid door kennis verdreven kan worden, wat het mogelijk maakt de illusionaire slang te zien voor wat hij altijd al was – een touw. Ze beweert dat de mind voorbereid kan worden deze kennis te accepteren, bijvoorbeeld door het verwerpen van het ego te beoefenen door bhakti-yoga, of de kracht van het ego te reduceren door de verlangenloze actie van karma-yoga.
De aantrekkingskracht van neo-advaita valt niet te ontkennen – er is niets te doen omdat er geen doener is, en geen openbaring om te ontdekken dat dit het is, hier en nu. We kunnen stoppen met zoeken omdat er geen zoeker is en niets gezocht kan worden. Het is niet nodig om Sanskriet te leren, of om een leven lang (of vele levens) te studeren met een leraar. Meer kennis vergaren helpt niet, en zal alleen verder belemmeren omdat het ego misleid wordt te denken dat het vorderingen maakt. Inderdaad, het zoeken zelf dient alleen om het ego te versterken. Alles is goed zoals het is. We hoeven dit alleen maar te accepteren.
Maar dit is enkel de herformulering van waarheid. Het is de gedroomde goeroe die de gedroomde volgeling vertelt over de waakstaat. ‘Niets mis met de droom,’ zegt hij. ‘Het is slechts een verschijning in de mind. Zowel jij (dromend ego) als de (droom)wereld is niets anders dan de mind zelf. Hoe juist dit ook moge zijn, het helpt niet om de gedroomde volgeling te laten ontwaken en de waarheid van wie ontwaakt is te realiseren. Het zorgt er niet voor dat wie ontwaakt is oplost in de waakstaat binnen de droom opdat de droomwereld gewoon ervaren kan worden als een doorwrochte constructie waarin Bewustzijn, het ware Zelf, nooit kan worden aangetast. In die zin is het uiteindelijk van geringe waarde voor de schijnbare zoeker die precies dat wil: het ervaren van de ontwaakte droom in de wetenschap dat ‘hij’ niet werkelijk bestaat, nooit zal sterven, etc. (De neo-advaita-adept zal er vanzelfsprekend snel op wijzen dat niets in werkelijkheid van enige waarde is, maar dan komt het erop neer dat dit hele verhaal alleen schijnbaar bestaat.)
Er zijn twee belangrijke gevaren wat betreft de neo-advaita-‘beweging’. Ten eerste is er de mogelijkheid dat charlatans, na het horen of lezen van enkele fundamentele elementen in de ‘beschrijving’ van de realiteit, nu zelf een paar ‘routines’ bedenken en zichzelf in spirituele kringen aanprijzen. Als ze goede sprekers of acteurs zijn kunnen ze zeker hun boterham verdienen door ‘zoekers’ zo te misleiden dat hun eigen gebrek aan ware kennis verborgen blijft, net als het feit dat zijzelf niet dichter bij een ‘realisatie’ zijn dan hun volgelingen.
Ten tweede kunnen zoekers zelf misleid worden om te geloven dat er een schoonschijnende realisatie bereikt is, terwijl ze eigenlijk alleen met een psychologisch probleem in het reine gekomen zijn dat hun leven moeilijk maakte. Het einde van dat lijden kan gemakkelijk gezien worden als een ‘bevrijding’. Natuurlijk is dat niet slecht, maar het heeft niets te maken met verlichting. Soms worden deze mensen zelf weer leraren, en zijn geen charlatans in de ware zin van het woord, omdat ze zelf geloven dat ‘realisatie’ heeft plaatsgevonden.
Je kunt niet vertrouwen op het gebruik van taal (zoals het vermijden van het woord ‘ik’ bijvoorbeeld) als indicatie dat het ego van de spreker werkelijk dood is. Inderdaad, het ego kan er heel wel mee leven dat er niet aan zichzelf gerefereerd wordt als het ondertussen denkt dat het ‘gerealiseerd’ is en de anderen niet! (En andersom is er geen behoefte of verlangen om het woord ‘ik’ te vermijden in de afwezigheid van het ego.)
“Val me niet lastig met rekenkunde; ik wil kwantummechanica leren!”
Hiermee wil ik niet zeggen dat dit soort gevaren in de klassieke advaita niet bestaan, maar tenminste is er het argument dat iemand die jaren de geschriften bestudeerd heeft, gelezen en onderricht gevolgd heeft, dit niet gedaan heeft voor het geld. Ook hebben duizenden jaren van traditioneel onderricht benadrukt dat een voorbereiding in de vorm van kennis opdoen over de waarheid, waarde heeft. Er wordt gepleit voor zaken als zelfverloochening, onderscheidingsvermogen en zelfbeperking, onderwerpen die zeer waarschijnlijk niet genoemd worden op bijeenkomsten van neo-advaita-leraren. En komt het als een verrassing dat veel bezoekers van neo-advaita-satsangs hier helemaal niet in geïnteresseerd zijn? Waarom naar dit soort voorbereidende kletspraat luisteren als je de uiteindelijke boodschap meteen krijgen kan? “Val me niet lastig met dat gepraat over rekenkunde; ik wil kwantummechanica leren!”
En als laatste natuurlijk is de boodschap die door neo-advaita-leraren gegeven wordt niet de uiteindelijke waarheid zelf; daar kan immers niet over gesproken worden. De bewering dat ‘alles een verhaal is’, is zelf ook een verhaal. Ik eindig mijn betoog met een citaat van Greg Goode.
“In advaita vedanta is er een aantal verhalen en theorieën die een reducerende werking hebben en in slimme volgorde onderwezen worden. Elk daarvan vermindert de gehechtheid aan een tot dusver gekoesterd metafysisch zichtpunt. Een voor een worden de sporten van de ladder onderuitgehaald. Het doel is niet om op de hoogste sport te verblijven (‘alles is bewustzijn’ is bijvoorbeeld een van de hoogste sporten in het onderricht, en eentje die bijzonder kleverig is), maar om vrij te zijn van de hele ladder. Wat er gezegd en geloofd wordt over de natuur van een ‘wat’ is niets anders dan een ander ‘wat’.”
Bron: Dennis Waite’s website Advaita Vision. Vertaling Karin Visser
Dennis Waite (VK) was ongeveer zeven jaar oud, toen hij besloot niet meer naar de zondagsschool te gaan. Als er een God is, dan is hij niet in de hemel, maar moet hij overal zijn, meende hij. Hij werd een actieve zoeker rond zijn twintigste en was er inmiddels van overtuigd dat hij niet blijvend gelukkig zou worden door het najagen van werelds succes.
Hij studeerde aan de School of Economic Science (SES) in Londen, waar o.a. lesgegeven werd in advaita vedanta. Hij bleef tot 1998 aan de school verbonden, waarvan hij de laatste jaren ook zelf les gaf. Dennis’ website Advaita Vision (www.advaita.org.uk) is een van de meest bezochte en gerespecteerde websites over advaita vedanta.