De Onuitsprekelijke Stroom van Gelukzaligheid
– Franklin Merrell Wolff
I n zijn boek ‘Experience and Philosophy’ schreef de auteur Franklin Merrell Wolff een persoonlijk verslag over zijn transformatie-ervaring in 1936. Wolff was jurist, hoogleraar wiskunde aan Stanford University en filosoof. Zijn inzichten komen in belangrijke mate overeen met die van Shankara. Het is een ultieme poging om aan te tonen dat er een niet in woorden te vatten werkelijkheid bestaat. Vanuit dat transcendente standpunt tracht hij verslag te doen in begrippen die passen in de westerse filosofische traditie. Wolff werd geboren in 1887 en overleed in 1985. In een volgende uitgave van InZicht zullen we uitgebreider aandacht besteden aan de binnenkort verschijnende vertaling van dit boek..
Op dit moment bevind ik mij weer in de Stroom, die ook Mijzelf is. Vanuit een individueel bewustzijn sprekend zal ik over Het schrijven, in zoverre ik het met woorden kan overdragen.
Ik was wat handmatig werk aan het doen en stond gebukt te kijken naar het grind dat vanuit een verder gelegen vallei werd aangevoerd. Terwijl ik dat deed, kwam ik een staat van overpeinzing terecht waarbij het leek alsof ik mij terugtrok naar een gebied met diepgaande, tastbare en betekenisvolle Stilte. Ik luisterde Daar met volle aandacht naar, als ware het een Stem, en ontving als geschenk het waardevolle gevoel van oplossen in Eenheid.
Er waren geen woorden, geen ideeën, noch enig andere vorm, en toch zou je kunnen zeggen dat Het precies die essentie van Geluid of Betekenis was. Het was uiterst bevredigend en vervullend. Het was exact die Kracht die alles verheldert. En weer bloeide de alles doordringende Stroom van tedere Vreugde.
Deze Stroom van Vreugde die het op de buitenwereld georiënteerde bewustzijn en de fysiologie beïnvloedt, zal ik trachten te analyseren. Voor het gevoelige bewustzijn lijkt die op een vloeistof, omdat er een gevoel van ‘doorstromen’ is. Ze doordringt alle spanningen met fysieke ontspanning als gevolg. Bepaalde zones in het lichaam die niet prettig zijn, voelen ontspannen en sterker aan. Alles bij elkaar is er een kwaliteit die het best beschreven kan worden als fysiologische blijdschap. Het organisme hunkert niet naar afleiding voor de zinnen om vreugde te ondervinden. Het leven van het individu in de buitenwereld kan in hoge mate voor anderen ascetisch en sober lijken terwijl het diep gelukkig is. Feit is dat de echte Wijze allesbehalve ascetisch is, hoezeer Hij dat ook voor de gewone man lijkt te zijn. Neem dit voorbeeld. Iemand die twee uur stil luistert naar een concert van een virtuoos lijkt zich misschien vanuit het standpunt van een jongeling bloot te stellen aan de strakke discipline behorend bij ascetische zelfcontrole. Maar de man zelf zou dat pertinent tegenspreken, aangenomen dat hij een echte muziekliefhebber is. Hij zou stellen dat hij zichzelf bijzonder vermaakte en precies deed waar hij de voorkeur aan gaf. Net zo legt de Wijze zich geen ontberingen op met zijn teruggetrokken leefwijze. Feitelijk lijdt hij meer ongemak door zich in publieke ruimten te begeven, zich met grote zaken te bemoeien en alledaags volksvermaak te ondergaan. Dat komt omdat die voor afleiding zorgen die het voor hem moeilijker maakt, voor velen zelfs praktisch onmogelijk, een dieper reikend genoegen te ervaren. Het is voor mensen heel natuurlijk om goud te prefereren boven onedel metaal; Wie het spirituele Goud heeft gevonden, geniet meer, niet minder.
In de Stroom van Vreugde leven is niet het bijzondere voorrecht van een handjevol mannen en vrouwen in de wereld. Velen zouden in het Besef van Eén zijn met de Stroom kunnen leven, zoals uiteindelijk dit op enig Moment in Tijd voor iedereen weggelegd is. Eigenlijk is de Transitie niet zo moeilijk. Desondanks heeft men zich veel inspanning in de verkeerde richting getroost door aan te nemen dat de Zoektocht complex is. Het is zo simpel als wat, keer je af van de objecten van relatief bewustzijn en wend je tot het subject, plus de spontaniteit van Zelf.
Waarschijnlijk is de belangrijkste moeilijkheid waardoor Besef zich zo zelden voordoet gelegen in het karakter van ons soort bewustzijn. De nadruk wordt gelegd op de objectieve inhoud van kennis. Ontwikkeling in die zin van het woord impliceert een almaar toenemende complexiteit. Als iemand hoort over Transcendentaal Bewustzijn en Dat wil Realiseren, zal hij daardoor van nature het bij zijn pogingen eerst in de richting van een complexere ideologie zoeken. Hoe groter de intellectuele ontwikkeling van een individu, hoe groter de kans dat het zo gaat. En dat verklaart waarom het vaak juist de wat meer ontwikkelde mens is die de meeste moeite heeft om de Transitie te bewerkstelligen. Het doeltreffend concentreren van bewustzijn staat daar diametraal tegenover. Het draait om het Subject, dat de eenvoud bezit van een punt, in de subject-objectverscheidenheid. Daar wordt makkelijk overheen gekeken omdat het zo buitengewoon simpel is. Niettemin geldt dat als de ontwikkelde mens erin slaagt dit in te zien, hij een veel rijkere oogst kan binnenhalen dan bij minder ontwikkelde personen het geval zou zijn, zowel voor hemzelf als individu alsook voor anderen.
[1] Ik vergeet niet wat de Indiërs gezegd hebben met betrekking tot het overstijgen van genot. Zij hebben met de manier waarop ze die term gebruiken gelijk. Maar op dit moment spreek ik niet tot de metafysicus. Ik richt me nu op het bewustzijn dat in de objectieve wereld duaal is geworden.